Het geheim rond de banken komt naar buiten. Stani Kulechov, medeoprichter van het gedecentraliseerde geldmarktprotocol Aave, onthulde in een Tweet op woensdag dat het Aave-protocol een “privépool” heeft gebouwd voor instellingen om te “oefenen”. Zo kunnen zij oefenen voordat ze betrokken raken bij het DeFi ecosysteem. Een Twitter-gebruiker plaatste eerder op woensdag een boze tweet aan het adres van Aave’s officiële Twitter-account.
Hij merkte hierin op dat zijn adres op de “zwarte lijst” was geplaatst vanwege anti-witwasvoorschriften. Kulechov zelf reageerde op de tweet. Eerst gaf hij aan dat er een fout was gemaakt en dat de tekst eigenlijk onjuist is en betrekking heeft op een ander pool die zij aan het testen zijn. Hierna onthulde hij later voor welke clientèle de pool was gemaakt.
Ajit Tripathi, hoofd institutionele bedrijfsontwikkeling van Aave, bevestigde in een interview met Cointelegraph, dat het protocol een toestemmingspool had ontworpen. De beschrijving in Kulechov’s Tweet over de “privépool” was een verkeerde benaming in die zin dat de pool op openbare chains zal zijn. Echter, het zal toegang met toestemming hebben, specifiek voor instellingen. Het doel van de pool karakteriseerde hij als educatief.
Tripathi zei dat het een geweldige oplossing is om samenwerkend leren te bevorderen door gebruik te maken van cefi en defi. De permissioned test pool is ontworpen om te voldoen aan de AML-regelgeving merkte hij op. Bovendien zouden alle gebruikers Know Your Customer verificatie van relevante partners moeten ondergaan. De pool zou verder liever vroeger dan later naar het mainnet kunnen komen.
Tripathi gaf aan dat ze in een vergevorderd stadium van ontwikkeling zijn. En dat voorstanders deze ruimte in de gaten moeten houden voor meer informatie. Veel AAVE token-houders verheugden zich over het nieuws dat institutioneel geld binnenkort in het protocol zou kunnen stromen. Tegelijkertijd waren andere gebruikers sceptischer over wat gecentraliseerde instellingen die deelnemen aan DeFi, zou kunnen betekenen.
Tripathi merkte echter op dat het, net als bij het DeFi zelf, een open vraag blijft hoe instellingen aan protocollen kunnen deelnemen. Hij zei dat dit een ruimte is van innovatie en leren voor zowel cefi als defi. De instellingen zijn, de defi-gemeenschap en de toezichthouders zijn allemaal enthousiast over de belofte die defi inhoudt voor het creëren van een eerlijkere, efficiëntere en inclusievere financiële infrastructuur voor eenieder, zoals hij al eerder aangaf.
En dat ze dankbaar zijn dat zij daaraan kunnen bijdragen, volgens Tripathi.